Minder mensen met studieschuld

Personen met studieschuld, 1 januari
2011 446,1 226,4 58,2 23,4
2012 531,9 244,2 64,6 23,0
2013 558,8 258,5 71,0 25,0
2014 587,5 274,6 77,1 28,9
2015 617,0 292,4 83,0 33,1
2016 691,0 314,9 90,2 37,6
2017 739,8 358,7 98,6 40,4
2018 777,6 418,1 110,1 45,5
2019 763,4 472,2 142,6 57,6
2020 770,6 490,1 173,9 70,2
2021 841,3 488,9 193,2 87,7
2022 823,9 489,3 201,1 106,7
2023 819,0 492,9 207,3 123,1
2024* 800,0 480,7 211,3 137,6
* voorlopige cijfers

Meer hoge studieschulden

Het aantal mensen met een hoge studieschuld is toegenomen. In 2024 hadden bijna 350 duizend mensen een studieschuld van meer dan 30 duizend euro. Dat zijn er 19 duizend meer dan in 2023 en 233 duizend meer dan in 2015. Bijna 140 duizend mensen hadden een studieschuld van minstens 50 duizend euro, en 1,7 duizend van hen hadden zelfs meer dan een ton schuld.
Bijna de helft van de mensen met een studieschuld had een schuld van minder dan 10 duizend euro; 4 procent had minder dan 500 euro schuld.

Gemiddelde studieschuld blijft toenemen

Ook in 2024 was de gemiddelde studieschuld weer meer dan het jaar ervoor. Sinds de invoering van het leenstelsel in 2015 is de gemiddelde studieschuld toegenomen met 5,4 duizend euro tot 17,8 duizend euro begin dit jaar. In het gemiddelde worden ook mensen meegerekend die hun studieschuld al jarenlang aan het aflossen zijn en studenten die de schulden nog opbouwen. De gemiddelde studieschuld van net afgestudeerden zal afwijken van het gemiddelde.

Daling gemiddelde studieschuld bij jongeren tot 25 jaar

De gemiddelde studieschuld van jongeren tot 25 jaar is in 2024 lager dan het jaar ervoor. Jongeren tot 20 jaar hadden een studieschuld van gemiddeld 1,9 duizend euro, 500 euro minder dan in 2023. Zij studeren vaak nog en bouwen meestal nog schuld op. In de leeftijdscategorie van 20 tot 25 jaar zijn twee op de drie jongeren nog student, en bouwen nog schulden op. In 2024 bedroeg de schuld van 20- tot 25-jarige (ex)studenten gemiddeld 13,1 duizend euro, en is daarmee 800 euro lager dan een jaar eerder.

In de hogere leeftijdsgroepen is de gemiddelde studieschuld gestegen. Mensen tussen de 25 en 30 jaar hebben niet of nauwelijks geprofiteerd van de basisbeurs en konden alleen maar lenen. Ze hebben ook nog weinig tijd gehad om af te lossen. In die leeftijdsgroep is de studieschuld het hoogst met gemiddeld 24,6 duizend euro in 2024. 30-plussers hadden een studieschuld van gemiddeld 18,8 duizend euro.

Gemiddelde studieschuld, 1 januari
2011 12,6 2,5 8,1 17,6 14,9
2012 11,8 2,2 7,8 16,4 13,2
2013 11,9 2,2 7,6 15,9 14,1
2014 12,2 2,3 7,5 15,8 14,9
2015 12,4 2,4 7,6 15,9 15,7
2016 12,3 2,4 7,5 15,9 16,2
2017 12,4 3,4 8,1 15,6 16,6
2018 12,9 3,9 9,2 15,9 16,9
2019 14,4 3,9 11,2 17,8 17,5
2020 15,3 3,7 12,8 18,6 17,6
2021 15,5 2,6 13,4 19,7 18,0
2022 16,3 2,4 13,9 21,1 18,2
2023 17,0 2,4 13,9 22,9 18,4
2024* 17,8 1,9 13,1 24,6 18,8
* voorlopige cijfers

Studieschuld opgelopen tot 29 miljard euro

De totale studieschuld van huidige en oud-studenten was begin 2024 opgelopen tot 29 miljard euro. Dat is 1 miljard euro meer dan vorig jaar en ruim twee keer zoveel als voor de invoering van het leenstelsel in 2015.

Totale studieschuld, 1 januari
2011 9,5
2012 10,2
2013 10,9
2014 11,8
2015 12,7
2016 13,9
2017 15,4
2018 17,5
2019 20,6
2020 23,1
2021 25,0
2022 26,5
2023 28,0
2024* 29,0
* voorlopige cijfers

Plaats een reactie